Differentiatie

Differentiatie, geen loos woord…

Een klas vol identieke leerlingen bestaat niet. Elke leerling is anders, maar differentiëren kan in alle klassen. 

Alle leerplannen van de 1ste graad bevatten basisdoelen en verdiepende doelen. Met de komst van de nieuwe leerplannen binnen de modernisering komt differentiatie, nog meer dan vroeger, de klas binnen.

Vanuit de leerplannen worden de leerkrachten aangestuurd om binnen de klassen te differentiëren. Want in elke klas zitten leerlingen met verschillende ondersteuningsnoden, competenties  en leervoorkeuren samen.

De bedoeling van differentiatie is voor elke individuele leerling zoveel mogelijk leerwinst te boeken. Leerkrachten moeten dus onderzoeken welke capaciteiten de leerling heeft om de doelen te bereiken.

Daarom gaan ze aan de slag met basisdoelen, die iedereen moet behalen. De verdiepende doelen zijn er voor de leerlingen die extra uitgedaagd willen worden, maar ook om de leerling inzicht te bieden in zijn abstractievermogen met het oog op keuzes in de tweede graad.

Differentiëren betekent dus ook dat in dezelfde klas, leerlingen met verschillend materiaal aan de slag kunnen gaan. De leerlingen werken in groepen die wisselend zijn; soms samengesteld op basis van niveau, anders op basis van interesse of leerprofiel.  Differentiëren vraagt van leerkrachten veel omdat ze de focus leggen op het leerproces van elke leerling. Ze gaan creatief nadenken over hun lessen.

Maar differentiëren kan dus ook betekenen dat er bij de evaluaties gedifferentieerd wordt en dat er in dezelfde klas verschillende toetsen gemaakt worden omdat de doelstelling is om iedereen dezelfde kansen te bieden. Om elke leerling maximale leerwinst te laten boeken.